In het park stond een oudere man aandachtig te turen naar een konijn dat zich op het veld te goed zat te doen aan verse grassprietjes.

“Dat konijn”, zei hij, “ik hou me hart vast! Het zit er maar in de open lucht en maakt zichzelf tot prooi van de roofvogels”.

“Roofvogels?” vroeg ik, “hier in de stad?”

“Jazeker “zei hij, “en er komen er steeds meer. Ik hou van de natuur dus ik ben vaak buiten, dan wandel ik naar dit park hier of een ander park in de stad en kijk ik naar de vogeltjes en andere dieren. Daardoor heb ik ook gezien dat er de laatste jaren steeds meer rovers komen.”



Prooien

De oudeheer gaf me een interessante natuurles heer. Net als zovelen had ik wel de film ‘De Wilde Stad’ gezien maar meneer vertelde mij allerlei wetenswaardigheden over mijn eigen buurt. Dat er gewone musjes en vinken maar op z’n minst ook één ijsvogel wonen in de sloot bij de volkstuinen in het Westerpark. Dat reigers en ooievaars niet enkel kikkers en visjes maar ook kleine veldmuisjes eten en dat behalve eksters ook spechten op blingbling én speelgoed van kleine kinderen azen.  En dat er meerder roofdieren door de stad vliegen en banjeren: buizerds, haviken, sperwers, slechtvalken, torenvalken, vossen, hermelijnen en… slangen

Blind konijn

“Ze lusten ze rauw, de konijnen”, vervolgde de man zijn relaas over de konijnen terwijl hij wees naar het boven ons cirkelende buizerdpaar. “Maar het ergste is, de buizerds vreten de konijnen niet op, nee ze pikken alleen hun ogen uit en laten het dan blind achter. Dat is toch vreselijk? Daarom hou ik hier de wacht. Ik waarschuw het konijn zodra de roofvogels naar beneden komen, dan laat ik het schrikken zodat het naar de bosjes rent waar het zich kan verschuilen. En zo zijn wij de roofdieren te slim af”, glunderde hij.

De Konijnenwachter loopt iedere dag zijn ronde. Weer of geen weer, de konijnen moeten worden beschermd, vindt hij.

“Iedere avond ga ik na het eten nog een rondje door het park. Beter dan voor de buis zitten waar je enkel de rottigheid ziet die wij mensen elkaar aandoen. Dan zeg ik tegen mijn vrouw dat ik nog effe op konijnenwacht ga en soms loopt ze een rondje mee.  Alleen ‘s nachts kan ik ze niet beschermen, dan hoop ik maar dat ze in hun holletjes blijven.”

Wil je reageren op dit blog? Dat kan!

En alle eerdere blogs staan hier.