Om mens en goed toch aan de overkant te krijgen voer er in de twintiger jaren wel een pontje heen en weer van de Korte De Wittenstraat. Jammer genoeg is dat inmiddels verdwenen, persoonlijk hou ik erg van pontjes.
En dat geldt ook voor de molens. De gemalen aan de ooit florerende molenwerven, zijn op een enkele na allemaal verdwenen.
We wonen hier in het stadsdorp Westerpark pontificaal in de industriële geschiedenis.
In feite is de Vijfhoek (het gebied tussen de voormalige molens en de weg) namelijk een van de eerste industriële terreinen van de stad. Pas in 1877 werd het gebied ontsloten voor bebouwing en ontstond de Staatsliedenbuurt. De komst van bewoners, huizen, straten én de entree van stoommachines luidde het einde in van het molentijdperk. De moderne tijd dwong hen zogezegd de stad uit.
Een van de molens heette trouwens de Kat en het water dat ervoor langs stroomde is de Kattensloot. Die naam heeft, hoewel je het wel zou denken, volgens de geleerden, niets te maken met de Jacob Catskade noch dat er ooit katten in de sloot verzopen zijn.
Wel is het de Kattensloot die ’s nachts de Staande Mastenroute mogelijk maakt, overdag en ’s avonds de boten met zingende en genietende mensen; het voorplezier ook van zonnige koningsdagen en gay pride’s.
Het is het water dat Westerparkdorpers soms wakker houdt maar vooral ook veel kijk (en officieel verboden zwem)plezier gunt.
Het water ook dat de Stadsdorp-gebieden Staatsliedenbuurt, Westerpark met de Frederik Hendrikbuurt verbindt. Kattensloot voor ochtend- en avondrood !
Molen de Kat werd in 1884 afgebroken en kreeg een nieuw leven in Leiden als houtzaagmolen de Herder.
Meer weten over de geschiedenis van de Kostverlorenvaart?
Wil je reageren op deze blog? Dat kan!